RvdW 2006, 325
Onttrekking aan het verkeer van in Nederland ingevoerde draadloze telefoons die niet voldoen aan de krachtens de Telecommunicatiewet gestelde voorschriften.
HR 21-03-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AU3477
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 maart 2006
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, B.C. de Savornin Lohman, J.W. Ilsink, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
03438/04E
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AU3477
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU3477, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑03‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU3477, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑03‑2006
Essentie
Onttrekking aan het verkeer van in Nederland ingevoerde draadloze telefoons die niet voldoen aan de krachtens de Telecommunicatiewet gestelde voorschriften.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een vonnis van de Rechtbank te 's-Gravenhage, Economische Politierechter, van 28 september 2004, nummer 09/040502–03, in de strafzaak tegen: [verdachte], gevestigd te [vestigingsplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
De Economische Politierechter heeft de verdachte vrijgesproken van het haar bij inleidende dagvaarding, zoals ter terechtzitting gewijzigd, tenlastegelegde en aan de verdachte de maatregel opgelegd van onttrekking aan het verkeer zoals in het vonnis omschreven.