RvdW 2006, 295
Tweede Doverzaak. Afwijzing verzoek om horen politieambtenaar en ander onderzoek n.a.v. NN-brief.
HR 14-03-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AU3869
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 maart 2006
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
00166/05
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AU3869
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU3869, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑03‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU3869, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑03‑2006
- Wetingang
Essentie
Tweede Doverzaak. 's Hofs afwijzing van het verzoek tot het verrichten van onderzoek naar het bestaan van een Rijksrechercherapport dat wordt genoemd in een bij de raadsvrouw bezorgde anonieme brief, en, in verband daarmee, tot het horen van een politiecommissaris als getuige, geeft geen blijk van een onjuiste maatstaf en is niet onbegrijpelijk.
Samenvatting
De verzoeken tot het horen van commissaris V.H. als getuige en tot onderzoek naar het bestaan van het in de anonieme brief bedoelde Rijksrechercherapport om dat dan toe te voegen aan het dossier zijn verzoeken ex art. 328 Sv. Maatstaf bij de beoordeling ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.