RvdW 2006, 213
Profijtontneming. Omvang wederrechtelijk verkregen voordeel nadat deel van de buit is weggegooid.
HR 14-02-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AU9127
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 februari 2006
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, J.P. Balkema, J. de Hullu
- Zaaknummer
01210/05P
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
AU9127
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU9127, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑02‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU9127, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑02‑2006
- Wetingang
Essentie
Profijtontneming. Bij de berekening van de omvang van het wederrechtelijk verkregen voordeel moet worden uitgegaan van het voordeel dat de betrokkene in de concrete omstandigheden van het geval daadwerkelijk heeft behaald. Het hof heeft het verkregen voordeel berekend rekening houdend met de inkoopwaarde van de gestolen sieraden en de waarde daarvan in het helingcircuit en heeft kunnen oordelen dat de omstandigheid dat een groot deel van de buit is weggegooid nadat verkoop niet was gelukt, daaraan niet afdoet.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 20 januari 2005, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.