NJ 2006, 434
Antilliaanse zaak. Niet beslist op verzoek om getuige te horen. Nietigheid.
HR 20-12-2005, ECLI:NL:HR:2005:AU3876, m.nt. J.M. Reijntjes
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 december 2005
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman, J.W. Ilsink, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
00494/05
- Conclusie
A-G Machielse
- Noot
J.M. Reijntjes
- LJN
AU3876
- JCDI
JCDI:ADS145497:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2005:AU3876, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑12‑2005
ECLI:NL:HR:2005:AU3876, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑12‑2005
- Wetingang
Essentie
De verdachte heeft bij laatste woord verzocht een getuige te horen. Het ontbreken van een uitdrukkelijke beslissing op een zodanig verzoek heeft in beginsel de nietigheid van het onderzoek ten gevolg. Dat is alleen anders indien de verdediging redelijkerwijs niet geacht kan worden in enig belang te zijn geschaad door het verzuim. Dit situatie doet zich hier niet voor.
Samenvatting
De verdachte is door het Hof onder meer wegens medeplegen van afpersing veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaren. Tot het bewijs heeft het Hof een ten overstaan van de politie afgelegde, belastende verklaring van X gebezigd. Die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.