NJ 2006, 472
Conservatoir derdenbeslag; verplichtingen derde beslagene.
HR 13-09-2005, ECLI:NL:HR:2005:AS8830
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 september 2005
- Magistraten
Mrs. W.J.M. Davids, G.J.M. Corstens, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
02148/04B
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AS8830
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Strafprocesrecht / Voorfase
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2005:AS8830, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑09‑2005
ECLI:NL:HR:2005:AS8830, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑09‑2005
- Wetingang
Essentie
Ingeval van conservatoir derdenbeslag is de derde gehouden tijdig verklaring te doen van hetgeen hij aan de beslagdebiteur verschuldigd is dan wel voor deze onder zich heeft, en moet enig geschil over die verklaring in de verklaringsprocedure worden beslecht. Door dit beslag wordt aan de derde beslagene geen andere verplichting opgelegd dan dat zij gedurende het beslag niet aan de beslagdebiteur mag voldoen onderscheidenlijk afstaan hetgeen zij aan deze verschuldigd mocht zijn of van deze onder zich heeft. Het standpunt dat het conservatoir derdenbeslag ook rust op goederen van de derde beslagene, zoals haar banktegoeden, is onjuist.