JOL 2005, 344
Verdachte heeft in eerste aanleg zijn verdediging niet behoorlijk kunnen voorbereiden. Geen terugwijzing naar de eerste aanleg in hoger beroep.
HR 07-06-2005, ECLI:NL:HR:2005:AS9235
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 juni 2005
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, J.W. Ilsink, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
02207/04
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
AS9235
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2005:AS9235, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑06‑2005
ECLI:NL:HR:2005:AS9235, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑06‑2005
Essentie
Verdachte heeft in eerste aanleg zijn verdediging niet behoorlijk kunnen voorbereiden. Geen terugwijzing naar de eerste aanleg in hoger beroep.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 1 juni 2004, nummer 20/001498–03, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1958, te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — behalve ten aanzien van de strafoplegging — bevestigd een vonnis van de Rechtbank te Roermond van 13 december 2002, waarbij de verdachte is veroordeeld ter zake van 1. 'opzettelijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.