NJ 2004, 689
Beroep op eigen schuld slachtoffers vindt weerlegging in verwerping beroep op noodweer (exces).
HR 26-10-2004, ECLI:NL:HR:2004:AR2108
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 oktober 2004
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
00796/04
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AR2108
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AR2108, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑10‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AR2108, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑10‑2004
- Wetingang
Sv art. 51a; Sv art. 361; Sr art. 41; BW art. 6:101
Essentie
Het beroep op eigen schuld van de slachtoffers van doodslag ter betwisting van de civiele vordering van de erven, vindt zijn weerlegging in 's hofs verwerping — op feitelijke gronden — van het beroep op noodweer onderscheidenlijk noodweerexces.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 7 juli 2003, nummer 22/003262–02, in de strafzaak tegen R.R., adv. mr. A.M. Seebregts te Rotterdam.
Hof:
De uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep de verdachte ter zake van 1., 2. en 3. 'doodslag, meermalen gepleegd' veroordeeld tot twintig jaren gevangenisstraf. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.