JOL 2004, 239
Art. 268 Sv heeft alleen betrekking op de rechter die als rechter-commissaris in deze zaak enig onderzoek heeft verricht en niet op de rechter die als rechter-commissaris in verwante strafzaken tegen medeverdachten is opgetreden.
HR 04-05-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO5693
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
4 mei 2004
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu
- Zaaknummer
01845/03
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
AO5693
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO5693, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑05‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO5693, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 04‑05‑2004
Essentie
Art. 268 Sv heeft alleen betrekking op de rechter die als rechter-commissaris in deze zaak enig onderzoek heeft verricht en niet op de rechter die als rechter-commissaris in verwante strafzaken tegen medeverdachten is opgetreden.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 3 april 2003, nummer 21/001524–01, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1964, te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een bij verstek gewezen vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Arnhem ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.