NJ 2004, 255
Toepassing art. 77k Sr komt eerst na veroordeling in aanmerking.
HR 23-03-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO1751
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
23 maart 2004
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.L.M. Urlings, J.P. Balkema, A.J.A. van Dorst, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
00564/03J
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
AO1751
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO1751, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑03‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO1751, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 23‑03‑2004
- Wetingang
Sr art. 9 lid 1; Sr art. 14j lid 1; Sr art. 77k; Sr art. 77z lid 1; Sr art. 77ee lid 1
Essentie
Het oordeel van het Hof dat de rechter bij het opleggen van de straf van jeugddetentie deze straf op de voet van art. 77k Sr reeds kan vervangen door een van de straffen genoemd in art. 9 lid 1 Sr is onjuist. Toepassing van art. 77k Sr komt eerst in aanmerking indien sprake is van een voor tenuitvoerlegging vatbare, onherroepelijke rechterlijke beslissing dat de betrokkene de straf van jeugddetentie dient te ondergaan. Ook bij zijn last tot tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke straf van jeugddetentie had het Hof deze straf niet mogen vervangen door een straf genoemd in art. 9 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.