JOL 2004, 129
Onvoldoende gemotiveerde bewezenverklaring.
HR 24-02-2004, ECLI:NL:HR:2004:AN9906
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 februari 2004
- Magistraten
W.J.M. Davids, G.J.M. Corstens, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman, J.W. Ilsink
- Zaaknummer
02104/02
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
AN9906
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AN9906, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑02‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AN9906, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑02‑2004
Essentie
Onvoldoende gemotiveerde bewezenverklaring.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 15 februari 2002, nummer 21/001344–01, in de strafzaak tegen [verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1972, wonende te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Rechtbank te Arnhem van 12 juni 2001 — de verdachte vrijgesproken van het hem bij inleidende dagvaarding onder 3, 4, 5, 6 primair, 7, 8, 9 primair, 10 primair, 11 primair, 13, 15 en 16 primair tenlastegelegde en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.