JOL 2003, 344
Horen van minderjarige verdachten onder de 12 jaar en het gebruik van hun verklaringen als bewijsmiddel tegen de volwassen verdachte niet in strijd met beginselen behoorlijke procesorde.
HR 17-06-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF7925
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 juni 2003
- Magistraten
C.J.G. Bleichrodt, J.P. Balkema, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
01876/02
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AF7925
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AF7925, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑06‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AF7925, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑06‑2003
Essentie
Horen van minderjarige verdachten onder de 12 jaar en het gebruik van hun verklaringen als bewijsmiddel tegen de volwassen verdachte niet in strijd met beginselen behoorlijke procesorde.
Uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 5 juni 2001, nummer 21/000702–00, in de strafzaak tegen [verdachte], geboren te [geboorteplaats] (Joegoslavië) op [geboortedatum] 1968, wonende te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Politierechter in de Arrondissementsrechtbank te Arnhem van 20 maart 2000 — de verdachte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.