NJ 2003, 623
Schadelijkheid cfm. art. 174 Sr.
HR 18-03-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF0732
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 maart 2003
- Magistraten
C.J.G. Bleichrodt, A.M.J. van Buchem-Spapens, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
02590/01
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
AF0732
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AF0732, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑03‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AF0732, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑03‑2003
- Wetingang
Essentie
Zuivere vrijspraak inz. art. 174 Sr. Het hof kon oordelen dat niet bewezen was dat de betreffende waar schadelijk was voor het leven of de gezondheid omdat niet met voldoende zekerheid viel vast te stellen dat schadelijke gevolgen voor het leven of de gezondheid konden optreden als gevolg van elk gebruik van die waar, waarmee redelijkerwijs rekening moest worden gehouden.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 25 juli 2000, nummer 23/001025–00, in de strafzaak tegen A. E. A. adv. mr. A.A. Franken te Amsterdam. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.