NJ 2002, 570
Redengevend feit in bewijsoverweging ontbreekt in bewijsmiddelen. Toch geen cassatie.
HR 24-09-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AE4262
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 september 2002
- Magistraten
Bleichrodt, Koster, Van Schendel
- Zaaknummer
00884/01
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
AE4262
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE4262, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑09‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AE4262, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑09‑2002
- Wetingang
Sv art. 338; Sv art. 359 lid 1; Sv art. 359 lid 3
Essentie
Redengevend feit in bewijsoverweging ontbreekt in bewijsmiddelen. Dit verzuim staat in casu niet in de weg aan de toereikendheid van de motivering van de bewezenverklaring, in aanmerking genomen dat die motivering voor het overige voldoende steun biedt voor oordeel Hof dat de verdachte heeft gehandeld ‘met verenigde krachten’.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 22 december 2000, nummer 21/001559–00, in de strafzaak tegen M.N. P., adv. mr. G. Spong te Amsterdam.
Hof:
Uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.