NJ 2002, 474
Motivering gebruik deskundigenrapport niet noodzakelijk. Combinatie van jeugdsancties.
HR 10-09-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE3546
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 september 2002
- Magistraten
C.J.G. Bleichrodt, A.M.J. van Buchem-Spapens, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
00328/01
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
AE3546
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2002:AE3546, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑09‑2002
ECLI:NL:HR:2002:AE3546, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑09‑2002
- Wetingang
Sv art. 343; Sv art. 359 lid 1; Sv art. 359 lid 3; Sr (oud) art. 77h; Sr (oud) art. 77m
Essentie
1. Nu het verweer niet — gemotiveerd — inhield dat de door de psycholoog, die rapporteerde over de betrouwbaarheid van de getuige, gehanteerde onderzoeksmethode wetenschappelijk onverantwoord was of dat de deskundige deze methode op wetenschappelijk onverantwoorde wijze had toegepast, maar slechts dat met de resultaten van dat onderzoek uiterst behoedzaam moest worden omgesprongen, behoefde het hof het gebruik van dat rapport voor het bewijs niet te motiveren.