NJ 2002, 201
Ontoereikende strafmotivering.
HR 16-10-2001, ECLI:NL:HR:2001:AD4377
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 oktober 2001
- Magistraten
W.J.M. Davids, G.J.M. Corstens, A.M.M. Orie
- Zaaknummer
03023/00E
- Conclusie
wnd. A-G Keijzer
- LJN
AD4377
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AD4377, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑10‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AD4377, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑10‑2001
- Wetingang
Sv art. 359 lid 5; Sr art. 24
Essentie
Het Hof had in zijn strafmotivering moeten aangeven waarom de verdachte in staat moet worden geacht tot betaling van 23 geldboeten van in totaal ƒ 40 200, ondanks het met stukken gestaafde verweer dat het bedrijf van verdachte er slecht voorstond.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, Economische Kamer, van 10 mei 2000, parketnummer 23/002136–98, in de strafzaak tegen A.G.M. M., adv. mr. F.G.L. van Ardenne te Barendrecht.
Hof:
De uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Economische Politierechter in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.