JOL 2001, 426
Herziening in Puttense strafzaak. Strafprocesrecht
HR 26-06-2001, ECLI:NL:HR:2001:AA9800
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 juni 2001
- Magistraten
W.E. Haak, J.L.M. Urlings, F.H. Koster, A.M.M. Orie, E.J. Numann
- Zaaknummer
03256/00H
03257/00H
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
AA9800
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AA9800, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑06‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AA9800, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑06‑2001
Essentie
Herziening in Puttense strafzaak. Strafprocesrecht
Samenvatting
Voorgaande uitspraak
Arrest
op aanvragen tot herziening van in kracht van gewijsde gegane arresten van het Gerechtshof te Arnhem van 3 oktober 1995, ingediend door mr. G.G.J. Knoops, advocaat te Amsterdam, namens: (aanvrager 1), te (woonplaats), en
(aanvrager 2), te (woonplaats).
Hoge Raad:
1. Het verloop van het geding
Voor het verloop van het geding tot dusver verwijst de Hoge Raad naar zijn tussenarrest van 20 maart 2001. Bij dat tussenarrest heeft de Hoge Raad een nader onderzoek gelast en dit opgedragen aan een daartoe uit zijn midden benoemde Raadsheer-Commissaris. Het tussenarrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.