JOL 2000, 475
Hoge Raad formuleert algemene uitgangspunten en regels waarop rechtspraak m.b.t. de vraag wanneer de redelijke termijn is overschreden en wat daarvan het rechtsgevolg dient te zijn, is gebaseerd. Strafprocesrecht en Mensenrechten.
HR 03-10-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA7309 (Redelijke termijn I)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 oktober 2000
- Magistraten
W.J.M. Davids, F.H. Koster, G.J.M. Corstens, A.M.J. van Buchem-Spapens, A.J.A. van Dorst
- Zaaknummer
00077599
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AA7309
- Roepnaam
Redelijke termijn I
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2000:AA7309, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑10‑2000
ECLI:NL:HR:2000:AA7309, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑10‑2000
Essentie
Hoge Raad formuleert algemene uitgangspunten en regels waarop rechtspraak m.b.t. de vraag wanneer de redelijke termijn is overschreden en wat daarvan het rechtsgevolg dient te zijn, is gebaseerd. Strafprocesrecht en Mensenrechten
Samenvatting
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 4 maart 1998 in de strafzaak tegen:
[Verdachte], te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep de verdachte vrijgesproken van het hem bij inleidende dagvaarding onder 2 primair tenlastegelegde en hem voorts ter zake van 1. Primair 'opzetheling' en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.