JOL 2000, 303
Opsporingsbevoegdheid van de Koninklijke Marechaussee bij grensoverschrijdende criminaliteit. Hof heeft verweer met betrekking tot het ontbreken van bevoegdheid bij verbalisant zonder blijk te geven van een onjuiste rechtsopvatting en op toereikende gronden verworpen. Strafprocesrecht
HR 16-05-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA5803
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 mei 2000
- Magistraten
W.J.M. Davids, C.J.G. Bleichrodt, F.H. Koster, J.P. Balkema, A.J.A. van Dorst
- Zaaknummer
112950E
- Conclusie
A-G Keijzer
- LJN
AA5803
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2000:AA5803, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑05‑2000
ECLI:NL:HR:2000:AA5803, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑05‑2000
Essentie
Opsporingsbevoegdheid van de Koninklijke Marechaussee bij grensoverschrijdende criminaliteit. Hof heeft verweer met betrekking tot het ontbreken van bevoegdheid bij verbalisant zonder blijk te geven van een onjuiste rechtsopvatting en op toereikende gronden verworpen.
Strafprocesrecht
Samenvatting
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, Economische Kamer, van 6 november 1998 alsmede tegen alle op de terechtzitting van dit Hof gegeven beslissingen in de strafzaak tegen: [verdachte], te [woonplaats].
1. De bestreden einduitspraak
1.1
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Economische Politierechter in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.