NJ 2000, 520
Beroep op niet-ontvankelijkheid OM vanwege inzet infiltrant toereikend gemotiveerd verworpen. Strafmotivering niet in strijd met partiële niet-ontvankelijkheid OM.
HR 14-03-2000, ECLI:NL:PHR:2000:ZD1649, m.nt. Y. Buruma
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 maart 2000
- Magistraten
Haak, Koster, Corstens, Orie, Balkema
- Zaaknummer
112200
- Conclusie
A-G Machielse
- Noot
Y. Buruma
- LJN
ZD1649
- JCDI
JCDI:ADS67227:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:ZD1649, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑03‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:ZD1649, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑03‑2000
- Wetingang
Sr art. 140; Sv art. 359 lid 2; Sv art. 359 lid 5
Essentie
1.
1. Hof verklaart Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk vanwege een infiltratie door J. voor wat betreft de feiten die bestaan uit het plegen van in de Opiumwet strafbaar gestelde gedragingen. De stelling dat dit had moeten leiden tot eenzelfde oordeel terzake van de eveneens tenlastegelegde deelname aan een criminele organisatie die het oogmerk had op plegen van die misdrijven, miskent dat het deelnemen wordt tenlastegelegd en niet het plegen van de Opiumdelicten. Oordeel dat niet aannemelijk is geworden dat de organisatie niet zou hebben bestaan zonder de inzet van de infiltrant, is niet onbegrijpelijk.
2.
2. Hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.