NJ 1999, 775
Uitlevering / afwijzing getuigenverhoor en 6 EVRM / geen schending vertrouwensbeginsel door toezegging niet-uitlevering
HR 21-09-1999, ECLI:NL:PHR:1999:ZD1620
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 september 1999
- Magistraten
Haak, Bleichrodt, Corstens
- Zaaknummer
112847U
- Conclusie
wnd. A-G Keijzer
- LJN
ZD1620
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
Materieel strafrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:ZD1620, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑09‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:ZD1620, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑09‑1999
- Wetingang
Essentie
Vervolgingsuitlevering. Verzoek om getuigenverhoor en beroep op toezegging RCID dat de opgeëiste persoon niet uitgeleverd zou worden. 1. Nu art. 6 lid 1 en lid 3 EVRM niet van toepassing zijn omdat geen sprake is van ‘determination of any criminal charge’ en voorts het aangevoerde omtrent afspraken met de RCID niet aan toelaatbaarverklaring in de weg staat, heeft de rechtbank de toepasselijke maatstaf niet miskend door afwijzing van het verzoek om getuigenverhoor. 2. Geen schending vertrouwensbeginsel nu een toezegging tot niet-uitlevering op zichzelf niet kan leiden tot ontoelaatbaarverklaring.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.