NJ 1999, 637:Overtredingen Besluit vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart en Rijnvaartpolitiereglement 1995

NJ 1999, 637

Overtredingen Besluit vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart en Rijnvaartpolitiereglement 1995

Documentgegevens:

HR 29-06-1999, ECLI:NL:PHR:1999:ZD1453

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 29 juni 1999
Magistraten: Haak, Bleichrodt, Koster, Schipper, Corstens
Zaaknummer: 110174
Conclusie: A-G Van Dorst
LJN: ZD1453
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1999:ZD1453, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑06‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:ZD1453, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑06‑1999
Wetingang: Sv art. 261; HRA art. 32; RPR 1995 art. 1.10; Besl. vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart art. 1; Besl. vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart art. 10; Wet Vaartijden en Bemanningssterkte Binnenvaart art. 16

Essentie

1. Het wettelijk kader rond overtredingen van art. 10 Besluit vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart en art. 1.10 Rijnvaartpolitiereglement 1995.

2. Toereikend bewijs dat verdachte met zijn schip heeft gevaren in de dagvaart als bedoeld in art. 1 Besluit vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart. De stelling dat voor de vraag of sprake is van dagvaart uitsluitend mag worden afgegaan op een daartoe strekkende aantekening in het Vaartijdenboek, vindt geen steun in het recht.

3. Nu de op art. 16 Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart toegesneden tenlastelegging vermeldt dat de daarin gebruikte terminologie is gebezigd in de zin van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.