NJ 1999, 328
Ontoereikend bewijs dat verdachte goederen ‘anders dan door misdrijf onder zich had’
HR 09-02-1999, ECLI:NL:HR:1999:ZD1450
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 februari 1999
- Magistraten
Haak, Bleichrodt, Orie
- Zaaknummer
109180
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
ZD1450
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:ZD1450, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑02‑1999
- Wetingang
Essentie
Ontoereikend bewijs dat verdachte de goederen ‘anders dan door misdrijf onder zich had’.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 23 december 1997 in de strafzaak tegen Y.K., zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande, adv. mr. G.P. Hamer te Amsterdam.
Hof:
Bewezenverklaring
Bewezenverklaard is dat:
1
: hij op 7 juni 1996 te Amsterdam met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening uit een personenauto heeft weggenomen een kledingstuk, toebehorende aan A.B.;
2
meest subsidiair: hij in de periode van 6 juni ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.