NJ 1998, 814
Overschrijding redelijke termijn in cassatiefase nu stukken ruim 8 maanden nadat beroep is ingesteld door Hoge Raad zijn ontvangen
HR 22-09-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD1195
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 september 1998
- Magistraten
Hermans, Bleichrodt, Corstens
- Zaaknummer
107906
- Conclusie
wnd. A‑G Jörg
- LJN
ZD1195
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZD1195, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑09‑1998
- Wetingang
Sv art. 433 lid 3; EVRM art. 6 lid 1
Essentie
Overschrijding redelijke termijn in cassatiefase nu de stukken ruim 8 maanden nadat het beroep is ingesteld door de Hoge Raad zijn ontvangen.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 8 november 1996 in de strafzaak tegen J.J.H.B., te Kaatsheuvel, adv. mr. G. Spong te 's-Gravenhage.
Hof:
Uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep de verdachte vrijgesproken van het hem bij inleidende dagvaarding onder 2 primair tenlastegelegde en hem voorts ter zake van 1. 'diefstal door twee of meer verenigde personen' en 2 subsidiair ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.