NJ 1998, 840
Dat hof na sluiting onderzoek ter zitting (verstek) vernam dat verdachte alsnog verklaring ter zitting wil afleggen noopt niet tot hervatting
HR 23-06-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD1200
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
23 juni 1998
- Magistraten
Hermans, Aaftink, Orie
- Zaaknummer
107576
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
ZD1200
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZD1200, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 23‑06‑1998
- Wetingang
Sv art. 346 lid 1; EVRM art. 6 lid 1; EVRM art. 6 lid 3 onder c
Essentie
Dat hof na sluiting onderzoek ter zitting (verstek) vernam dat verdachte alsnog verklaring ter zitting wil afleggen noopt niet tot hervatting.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 1 april 1997 in de strafzaak tegen H.G.B., thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande, adv. mr. G.F. van der Hardt Aberson te Rotterdam.
Hof:
Verzoek om heropening van het onderzoek
De zaak is op 18 maart 1997 bij verstek behandeld. Het proces-verbaal van de terechtzitting waarop de uitspraak is gedaan houdt in: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.