NJ 1998, 784
Keuze / toevoeging raadsman geldt voor aanleg waarin zaak bij één instantie aanhangig is / behandeling hoger beroep na verwijzing is nieuwe aanleg / oordeel dat uit stukken niet blijkt dat verdachte na verwijzing door raadsman werd bijgestaan niet onbegrijpelijk / geen onderzoeksplicht cfm 51 Sv
HR 09-06-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD1192
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 juni 1998
- Magistraten
Haak, Van Erp Taalman-Kip Nieuwenkamp, Koster
- Zaaknummer
107209
- Conclusie
A-G Fokkens
- LJN
ZD1192
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZD1192, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑06‑1998
- Wetingang
Sv art. 38 lid 1; Sv art. 39 lid 1; Sv art. 43
Essentie
1. Keuze/toevoeging raadsman geldt voor aanleg waarin de zaak bij één instantie aanhangig is. Behandeling van hoger beroep na verwijzing is nieuwe aanleg.
2. Oordeel dat uit stukken niet blijkt dat verdachte na verwijzing door raadsman werd bijgestaan niet onbegrijpelijk. Geen onderzoeksplicht cfm art. 51 Sv.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 8 februari 1996 in de strafzaak tegen A.F. de J., te Amsterdam, adv. mr. G.P. Hamer.
Hof:
Uitspraak
Na verwijzing van de zaak door de Hoge Raad bij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.