NJ 1998, 873
Vrijspraak + onttrekking aan verkeer; verjaring in cassatiefase / verjaring omvat in casu mede onttrekking / laat onverlet dat afzonderlijke beslissing op vordering onttrekking cfm. 36b lid 1 sub 4° Sr niet aan verjaring onderhevig is
HR 26-05-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD1218
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 mei 1998
- Magistraten
Haak, Bleichrodt, Koster, Schipper, Corstens
- Zaaknummer
107232
- Conclusie
wnd. A-G Jörg
- LJN
ZD1218
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Penitentiair recht (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZD1218, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑05‑1998
- Wetingang
Sr art. 36b lid 1 onder 3°; Sr art. 36b lid 1 onder 4°; Sr art. 70
Essentie
Vrijspraak + onttrekking aan het verkeer; verjaring in cassatiefase. Verjaring omvat in casu mede onttrekking. Dit laat onverlet dat afzonderlijke beslissing op vordering onttrekking cfm. art. 36b lid 1 sub 4° Sr niet aan verjaring onderhevig is.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een vonnis van de Arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage van 11 mei 1995 in de strafzaak tegen R.M., te 's-Gravenhage, adv. mr. R. Janssen-Agsteribbe te Wassenaar.
Rechtbank:
Uitspraak
De Rechtbank heeft in hoger beroep de verdachte vrijgesproken van het hem bij inleidende dagvaarding tenlastegelegde met oplegging van de maatregel van onttrekking ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.