NJ 1998, 610
Oordeel dat sprake was van oogmerk cfm. 189 lid 1 sub 2° Sr getuigt niet van onjuiste rechtsopvatting
HR 21-04-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD1031
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 april 1998
- Magistraten
Haak, Davids, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp
- Zaaknummer
107256
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
ZD1031
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZD1031, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑04‑1998
- Wetingang
Sr art. 189
Essentie
Oordeel dat sprake was van oogmerk cfm. art. 189 lid 1 sub 2° Sr getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 16 mei 1997 in de strafzaak tegen J.J. van S., te Vlissingen, adv. mr. G. Spong te 's-Gravenhage.
Hof:
Bewezenverklaring
Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat hij op een tijdstip in of omstreeks het tijdvak van 1 december 1993 tot en met 18 februari 1994, in de gemeente Vlissingen, nadat er op een tijdstip in het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.