NJ 1998, 576
Groenteresten i.c. ‘bedrijfsafvalstoffen’ nu deze voor conservenfabriek geen waarde meer hadden en pas na bewerking in verdachtes kwekerij bruikbaar waren
HR 07-04-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD1003
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 april 1998
- Magistraten
Hermans, Bleichrodt, Aaftink
- Zaaknummer
106862E
- Conclusie
A-G Fokkens
- LJN
ZD1003
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Milieurecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZD1003, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑04‑1998
- Wetingang
Essentie
Groenteresten i.c. ‘bedrijfsafvalstoffen’ nu deze voor conservenfabriek geen waarde meer hadden en pas na bewerking in verdachtes kwekerij bruikbaar waren.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, Economische Kamer, van 18 december 1996 in de strafzaak tegen C.H.M.H., te Noordwijkerhout, adv. mr. J.M. Sjöcrona te 's-Gravenhage.
Hof:
Bewezenverklaring
Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat hij in de periode van 1 november 1993 tot en met 31 maart 1994 te Heerhugowaard, opzettelijk, zonder daartoe verleende vergunning, een in of op perceel W., kadastraal bekend onder sectie ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.