NJ 1998, 337
Bestialiteit valt onder zedelijkheidswetgeving; handelingen terecht aangemerkt als ontuchtige handelingen cfm. 246 Sr; niet vereist dat verdachte zelf lichamelijk deelneemt aan sexuele activiteit
HR 20-01-1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD0909
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 januari 1998
- Magistraten
Hermans, Bleichrodt, Corstens
- Zaaknummer
107427
- Conclusie
A-G Van Dorst
- LJN
ZD0909
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:ZD0909, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑01‑1998
- Wetingang
Sr art. 246
Essentie
Bestialiteit valt onder bereik van zedelijkheidswetgeving; handelingen terecht aangemerkt als ontuchtige handelingen cfm. art. 246 Sr; niet is vereist dat verdachte zelf lichamelijk deelneemt aan de sexuele activiteit.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 16 april 1997 in de strafzaak tegen A.J.A.B., zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande, ten tijde van de bestreden uitspraak preventief gedetineerd in het Huis van Bewaring 'De Boschpoort' te Breda, adv. mr. G. Spong te 's-Gravenhage.
Hof:
Bewezenverklaring
Ten laste van de verdachte is onder 3 bewezenverklaard ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.