NJ 1998, 211
Gelet op 33a lid 2 sub a Sr oordeel rechtbank dat niet hoogst onwaarschijnlijk is dat inbeslaggenomen auto zal worden verbeurdverklaard zonder nadere motivering onbegrijpelijk
HR 21-10-1997, ECLI:NL:HR:1997:ZD0839
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 oktober 1997
- Magistraten
Hermans, Bleichrodt, Corstens, Aaftink, Orie
- Zaaknummer
3704
- Conclusie
A-G Van Dorst
- LJN
ZD0839
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Penitentiair recht (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:ZD0839, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑10‑1997
- Wetingang
Sr art. 33a lid 2; Sv art. 552b lid 1; WVW 1994 art. 8 lid 2; WVW 1994 art. 9 lid 6
Essentie
Gelet op art. 33a lid 2 sub a Sr is het oordeel van de rechtbank dat niet hoogst onwaarschijnlijk is dat inbeslaggenomen auto zal worden verbeurdverklaard zonder nadere motivering onbegrijpelijk.
Voorgaande uitspraak
Beschikking in raadkamer op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Arrondissementsrechtbank te Haarlem van 30 oktober 1996 op een beklag als bedoeld in artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door General Motors Acceptance Corporation Nederland NV, te Rotterdam, adv. mr. D. Knottenbelt te Rotterdam.
Rechtbank:
Beschikking
De Rechtbank heeft ongegrond verklaard het door General Motors ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.