NJ 1997, 404
(Voordeelsontneming) op uitdrukkelijk voorgedragen en met argumenten onderbouwd verweer ter zake draagkracht moet rechter gemotiveerd antwoorden
HR 07-05-1996, ECLI:NL:HR:1996:ZD0440, m.nt. T.M. Schalken
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 mei 1996
- Magistraten
Hermans, Davids, Corstens
- Zaaknummer
102301P
- Conclusie
A-G Van Dorst
- Noot
T.M. Schalken
- LJN
ZD0440
- JCDI
JCDI:ADS145569:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1996:ZD0440, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑05‑1996
- Wetingang
Sr art. 36e lid 4; Sv art. 359 lid 5; Sv art. 359 lid 6; Sv art. 511e lid 1
Essentie
(Voordeelsontneming.) Op een uitdrukkelijk voorgedragen en met argumenten onderbouwd verweer ter zake van de draagkracht moet de rechter gemotiveerd antwoorden.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 6 juni 1995 op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van R.B.B., te Apeldoorn, adv. mr. G. Spong te 's-Gravenhage.
Hof:
Uitspraak
Het Hof heeft de veroordeelde de verplichting opgelegd tot betaling aan de Staat van een bedrag van zeventigduizend gulden, subsidiair zes maanden hechtenis.
Draagkracht
Ter terechtzitting in hoger beroep is aangevoerd, door ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.