NJ 1996, 93
Verbeterde lezing telastegelegde plaatsaanduiding / oordeel hof kennelijke schrijffout in casu niet onbegrijpelijk / geen grondslagverlating
HR 26-09-1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC9304
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 september 1995
- Magistraten
Haak, Mout, Bleichrodt, Van Dorst
- Zaaknummer
100566
- LJN
ZC9304
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:ZC9304, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑09‑1995
- Wetingang
Sv art. 261 lid 1; Sv art. 350
Essentie
Verbeterde lezing van telastegelegde plaatsaanduiding ‘B.’ als ‘N., gemeente B. en N.’. 's Hofs oordeel dat ‘B.’, gezien het proces-verbaal van de politie, een kennelijke schrijffout is die niet tot onduidelijkheid van de telastelegging heeft geleid nu verdachte en zijn raadsman het telastegelegde hebben begrepen, is niet onbegrijpelijk. Geen grondslagverlating.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie in de strafzaak tegen J.A.M.R., te Bladel, adv. mr. J.F.C. Schnitzler te Eersel.
Hof:
De telastelegging
Aan de verdachte is te laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 2 juni 1993 te Bladel, gemeente Bladel en Netersel, als bestuurder van een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.