NJ 1994, 511
Toereikende weerlegging verweer dat printertap onrechtmatig was en alle nadien verkregen materiaal niet tot bewijs mag worden gebezigd; geen onjuiste rechtsopvatting / niet nader gespecificeerde verwijzing naar pleitaantekeningen in eerste instantie kennelijk en niet onbegrijpelijk niet opgevat als herhaling van in eerste aanleg gevoerde verweren en gedane verzoeken
HR 15-03-1994, ECLI:NL:PHR:1994:AC4067
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 maart 1994
- Magistraten
Hermans, Beekhuis, Keijzer, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, Koster, Van Dorst
- Zaaknummer
96490
- LJN
AC4067
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Internationaal strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:AC4067, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑03‑1994
ECLI:NL:PHR:1994:AC4067, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑03‑1994
- Wetingang
Sv art. 125f; Sv art. 125g; Sv art. 311 lid 2; Sv art. 330; Sv art. 358 lid 3; EVRM art. 8
Essentie
1. Toereikende weerlegging van het verweer dat de printertap onrechtmatig was en alle nadien verkregen materiaal niet tot bewijs mag worden gebezigd; geen onjuiste rechtsopvatting. 2. De enkele, niet nader gespecificeerde verwijzing naar de pleitaantekeningen in eerste instantie (‘Voorts wordt verwezen naar mijn pleitaantekeningen in eerste instantie’) heeft het Hof kennelijk en niet onbegrijpelijk niet opgevat als een herhaling van in eerste aanleg gevoerde verweren en gedane verzoeken.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's‑Gravenhage van 5 februari 1993 in de strafzaak tegen H.J. de Vr., ten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.