NJ 1994, 526
Radio 100 / 10 EVRM verzet zich niet tegen inbeslagneming die tot gevolg heeft dat voortzetten radiouitzending voor enige tijd onmogelijk is / inbeslagneming cfm art. 8 lid 2 en 10 lid 2 EVRM / voorwerpen die inbeslaggenomen mogen worden bij verdenking van overtreding van 140 Sr jo. Wet telecommunicatievoorzieningen
HR 01-03-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZD1066, m.nt. G. Knigge
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 maart 1994
- Magistraten
Hermans, Beekhuis, Davids, Keijzer, Koster, Meijers
- Zaaknummer
2794
2795
2796
2797
2798
2799
2800
2801
- Noot
G. Knigge
- LJN
ZD1066
- JCDI
JCDI:ADS160151:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Internationaal strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZD1066, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑03‑1994
- Wetingang
Sr art. 140; Sv art. 94; Sv art. 99 lid 3; EVRM art. 8 lid 2; EVRM art. 10 lid 2; Wet Telecommunicatievoorzieningen art. 53
Essentie
1. Radio 100. 1. Art. 10 EVRM verzet zich niet tegen een inbeslagneming die tot gevolg heeft dat het voortzetten van radiouitzending voor enige tijd onmogelijk is. 2. De Rb. is terecht tot het oordeel gekomen dat de inbeslagneming cfm art. 8 lid 2 en 10 lid 2 EVRM was. 3. Voorwerpen die inbeslaggenomen mogen worden bij verdenking van overtreding van art. 140 Sr jo. de Wet op de telecommunicatievoorzieningen. 2. Voor bijstand van een raadsman bij een huiszoeking cfm art. 99 lid 3 Sv is de tegenwoordigheid van de verdachte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.