NJ 1994, 160
Wet Mulder; verzet tegen dwangbevel (26 lid 3 WAHV)
HR 26-10-1993, ECLI:NL:HR:1993:ZC9466
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 oktober 1993
- Magistraten
Haak, Mout, Bleichrodt, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, Koster, Meijers
- Zaaknummer
110-92-V
- LJN
ZC9466
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1993:ZC9466, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑10‑1993
- Wetingang
WAHV art. 25 lid 1; WAHV art. 26 lid 1; WAHV art. 27
Essentie
Wet Mulder; verzet tegen dwangbevel cfm. art 26 lid 3 WAHV. Het oordeel van de kantonrechter dat de officier van justitie in redelijkheid niet heeft kunnen beslissen het door de betrokkene verschuldigde bedrag (verhoging cfm. art. 25 lid 1 WAHV), zonder aanmaning, cfm. art. 26 lid 1 WAHV te verhalen, geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is gelet op de omstandigheden niet onbegrijpelijk.1
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen de beschikking van de kantonrechter te Beetsterzwaag van 25 juni 1992 betreffende P.J.W., te Drachten.
Voorgaande uitspraak
Arrest op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.