NJ 1993, 156
HR, 20-10-1992, nr. 92287
HR 20-10-1992, ECLI:NL:PHR:1992:AD1757
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 oktober 1992
- Magistraten
Hermans, Beekhuis, Keijzer, Govaerts, Koster, Meijers
- Zaaknummer
92287
- LJN
AD1757
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1992:AD1757, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑10‑1992
ECLI:NL:PHR:1992:AD1757, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑10‑1992
- Wetingang
Sr art. 33a; Sv art. 125g; Sv art. 338; Sv art. 359 lid 5; Sv art. 359 lid 6; EVRM art. 6 lid 2; EVRM art. 8
Essentie
1. Toereikende weerlegging van het beroep op onrechtmatige bewijsgaring. De opvatting dat uit telefoongesprekken van een verdachte met een ander verkregen informatie slechts tegen die ander mag worden gebruikt, indien ten tijde van het afluisteren ook tegen die ander een gerechtelijk vooronderzoek was ingesteld, is onjuist.
2. Een akte inhoudende dat verdachte zijn voertuig in eigendom tot zekerheid overdraagt aan de ABN, staat er niet aan in de weg dat de auto verdachte toebehoorde cfm. art. 33a Sr.
3. Toereikende motivering verbeurdverklaring auto (waarde ƒ 7000) in verband met de RWW-uitkering van de verdachte.