NJ 1992, 249
HR, 08-10-1991, nr. 89308
HR 08-10-1991, ECLI:NL:PHR:1991:AC0552, m.nt. G.J.M. Corstens
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 oktober 1991
- Magistraten
Bronkhorst, Beekhuis, Govaerts, Neleman, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, Meijers
- Zaaknummer
89308
- Noot
G.J.M. Corstens
- LJN
AC0552
- JCDI
JCDI:ADS66118:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1991:AC0552, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑10‑1991
ECLI:NL:PHR:1991:AC0552, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑10‑1991
- Wetingang
Sr art. 14c lid 2; Sv art. 359 lid 5; Sv art. 359 lid 6; WVW art. 39
Essentie
Nu het hof heeft vastgesteld dat het voor een voorwaardelijke ontzegging rijbevoegdheid met de door de politierechter opgelegde bijzondere voorwaarde (refusal-kuur) geen plaats is nu verdachte hieraan niet wilde meewerken, behoefde het hof zich niet over de toelaatbaarheid van de voorwaarde uit te laten. Voldoende motivering van de onvoorwaardelijke ontzegging rijbevoegdheid, ondanks verweer. Niet blijkt dat het hof daarbij verdachtes weigering heeft laten meewegen.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van Hof Leeuwarden 3 mei 1990 in de strafzaak tegen H.H.
Hoge Raad:
1
De bestreden uitspraak
Het hof heeft in hoger beroep ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.