HR, 09-04-1991, nr. 89880U

Documentgegevens:

HR 09-04-1991, ECLI:NL:PHR:1991:AC0838

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 9 april 1991
Magistraten: Van Den Blink, Keijzer, Bleichrodt, Neleman, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, Fokkens
Zaaknummer: 89880U
LJN: AC0838
Vakgebied(en): Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1991:AC0838, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑04‑1991
ECLI:NL:PHR:1991:AC0838, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑04‑1991
Wetingang: EVRM art. 1; EVRM art. 3; EVRM art. 6; EVRM art. 13; IVBP art. 14; UW art. 28

Essentie

1. Vervolgingsuitlevering naar Verenigde Staten van Amerika. Redelijke termijn. Het vertrouwensbeginsel kan uitzondering lijden bij risico van flagrante inbreuk op enig recht conform art. 6 EVRM (Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden), waarvan te dezen niet kan blijken.

2.1. Beslissing omtrent een exceptie conform art. 3 EVRM komt niet toe aan de uitleveringsrechter. 2. ‘Effective remedy’ conform art. 13 EVRM

Samenvatting

Ad 2. Vervolgingsuitlevering naar Verenigde Staten van Amerika. Beantwoording van de vraag of de verzochte uitlevering in verband met art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.