NJ 1990, 834
HR, 12-06-1990, nr. 86816
HR 12-06-1990, ECLI:NL:HR:1990:ZC8551, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 juni 1990
- Magistraten
Van Den Blink, Jeukens, Bleichrodt, Meijers
- Zaaknummer
86816
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
ZC8551
- JCDI
JCDI:ADS146506:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:ZC8551, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑06‑1990
- Wetingang
Sv art. 271; Sv art. 277 lid 3; EVRM art. 6 lid 3 onder c
Essentie
Verstek tegen in Engeland gedetineerde verdachte; belang van een behoorlijke strafvordering vergt voortzetting van het onderzoek, waarbij de raadsman de verdediging mag voeren.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Hof te Amsterdam van 25 jan. 1989 alsmede tegen alle op de terechtzitting van dit hof gegeven beslissingen in de strafzaak tegen Joseph N., geboren te Carlisle (Groot-Brittannie) op 25 maart 1956, zonder bekende woonplaats hier te lande, ten tijde van de bestreden uitspraak gedetineerd in Lewes, East Sussex (Groot-Brittannie).
Hoge Raad:
1
De bestreden einduitspraak
Het hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.