NJ 1990, 833
HR, 06-03-1990, nr. 2481
HR 06-03-1990, ECLI:NL:HR:1990:ZC8495, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 maart 1990
- Magistraten
Van Den Blink, Mout, Bleichrodt, Leijten
- Zaaknummer
2481
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
ZC8495
- JCDI
JCDI:ADS145985:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1990:ZC8495, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑03‑1990
- Wetingang
Sv art. 118; Sv art. 552a lid 5
Essentie
Indien het belang van de strafvordering zich niet meer verzet tegen teruggave van een inbeslaggenomen voorwerp, waarvan de rechtbank is uitgegaan, en niet is vastgesteld dat het bepaalde in art. 118 lid 2, 3 en 4 Sv toepassing heeft gevonden, moet dat voorwerp worden teruggegeven aan degeen bij wie het in beslag genomen is.
Voorgaande uitspraak
Beschikking in raadkamer op het beroep in cassatie van de Rb. te Breda van 6 juli 1989 op een beklag als bedoeld in art. 552c Sv ingediend door Johannes Hendrikus B., geboren te Breda ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.