NJ 1990, 95
HR, 10-10-1989, nr. 85656
HR 10-10-1989, ECLI:NL:HR:1989:ZC8232, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 oktober 1989
- Magistraten
Bronkhorst, Van Den Blink, Jeukens, Keijzer, Bleichrodt, Leijten
- Zaaknummer
85656
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
ZC8232
- JCDI
JCDI:ADS66075:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1989:ZC8232, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑10‑1989
- Wetingang
WVW art. 26 lid 2 onder b; Bloedproefbesl. art. 12; Bloedproefbesch. art. 14; Bloedproefbesch. art. 15
Essentie
Geen contra-expertise, ondanks schriftelijk verzoek daartoe.
Samenvatting
Gelet op het schriftelijk verzoek van verdachte een contra-expertise te laten verrichten, had de rechter — nu het tegenonderzoek niet heeft plaatsgevonden — niet het ten laste gelegde ‘bij een onderzoek’ cfm. art. 26 lid 2 onder b Wegenverkeerswet (WVW) mogen bewezen verklaren, zonder te hebben vastgesteld dat hetzij a. het verzoek meer dan 1 jaar na de bloedafname is gedaan, hetzij b. verdachte blijk heeft gegeven van de gebruikmaking van zijn recht af te zien, dan wel het aan zichzelf te wijten heeft dat het tegenonderzoek niet heeft plaatsgehad. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.