HR, 05-01-1988, nr. 81933

Documentgegevens:

HR 05-01-1988, ECLI:NL:PHR:1988:AB8993

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 5 januari 1988
Magistraten: Van Der Ven, De Waard, Mout, Davids, Govaerts, Meijers
Zaaknummer: 81933
LJN: AB8993
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1988:AB8993, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑01‑1988
ECLI:NL:PHR:1988:AB8993, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑01‑1988
Wetingang: Sr art. 56; Sr art. 57; Sr art. 255; Sv art. 423

Essentie

Nu het bewezen verklaarde volgens de rechtbank zowel oplevert het in een hulpeloze toestand brengen als het in een hulpeloze toestand laten conform art. 255 Sr, terwijl de rechtbank er niet van heeft doen blijken art. 56 Sr dan wel art. 57 Sr toepasselijk te hebben geoordeeld, had het hof het vonnis niet mogen bevestigen.

Voorgaande uitspraak

Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Hof te 's-Gravenhage van 30 dec. 1986, alsmede tegen alle op de terechtzitting van dit hof gegeven beslissingen in de strafzaak tegen G. van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.