NJ 1988, 399
HR, 06-10-1987, nr. 1999E
HR 06-10-1987, ECLI:NL:PHR:1987:AB9516
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 oktober 1987
- Magistraten
Bronkhorst, Beekhuis, Mout, Davids, Keijzer, Remmelink
- Zaaknummer
1999E
- LJN
AB9516
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1987:AB9516, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑10‑1987
ECLI:NL:PHR:1987:AB9516, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑10‑1987
- Wetingang
Sr art. 36b lid 1 onder 4°; Sv art. 280 lid 7; Sv art. 552f
Essentie
1. Niet de officier van Justitie, maar de rechtbank ziet — al dan niet onder voorbehoud — af van het horen van getuigen.
2. Aan het verhoor van getuige S. bestond bij de officier van Justitie kennelijk geen behoefte.
3. Zuid-Koreaanse overhemden. Onttrekking aan het verkeer conform art. 36b lid 1 onder 4e Sr jo. art. 552f Sv ook mogelijk na vervolging voor een gerecht van een vreemde Staat.
Voorgaande uitspraak
Beschikking in raadkamer op de beroepen in cassatie tegen een beschikking van de Rb. te Amsterdam, Ec. Kamer, van 9 juli 1986, gegeven ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.