NJ 1987, 711
HR, 27-01-1987, nr. 80400
HR 27-01-1987, ECLI:NL:PHR:1987:AC9690
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 januari 1987
- Magistraten
Van Der Ven, Jeukens, Davids, Remmelink
- Zaaknummer
80400
- LJN
AC9690
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1987:AC9690, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑01‑1987
ECLI:NL:PHR:1987:AC9690, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑01‑1987
- Wetingang
Sr art. 63; Sv art. 186; Sv art. 359 lid 5; Sv art. 359 lid 6
Essentie
1. Het verweer dat het getuigenverhoor door de rechter-commissaris onvolledig is geweest en dat het tijdig informeren van de raadsman omtrent de tijd van dat verhoor dit had kunnen voorkomen, kan niet met vrucht voor het eerst in cassatie worden opgeworpen.
2. Voldoende strafmotivering; de rechter mag bij de strafoplegging rekening houden met de houding van de verdachte tijdens het onderzoek; de stelling dat de rechter bij toepassing van art. 63 Sr gehouden zou zijn de mate waarin deze toepassing van invloed is geweest op de op te leggen straf nader aan te geven, vindt geen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.