HR, 06-01-1987, nr. 80136

Documentgegevens:

HR 06-01-1987, ECLI:NL:PHR:1987:AB9279

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 6 januari 1987
Magistraten: Bronkhorst, De Waard, Keijzer, Meijers
Zaaknummer: 80136
LJN: AB9279
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1987:AB9279, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑01‑1987
ECLI:NL:PHR:1987:AB9279, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑01‑1987
Wetingang: Sv art. 359 lid 1; Sv art. 359 lid 3; WVW art. 30 lid 1 onder a

Essentie

1. Toereikend bewijs dat het ongeval is veroorzaakt door de aanrijding en dat daarbij schade is toegebracht aan een fiets; het hof heeft de veronderstelling dat de schade door een andere oorzaak is ontstaan, gelet op de bewijsmiddelen in onderling verband beschouwd, als zo onwaarschijnlijk kunnen aanmerken, dat het deze bij de bewijsvoering zonder meer terzijde mocht stellen.

2. Meer en Vaart-verweer; het hof heeft de juistheid van het met de bewijsmiddelen niet strijdige verweer dat verdachte niets van de aanrijding heeft gemerkt in het midden gelaten: nietigheid.

Voorgaande uitspraak

Arrest op het beroep in cassatie tegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.