HR, 11-03-1986, nr. 79013

Documentgegevens:

HR 11-03-1986, ECLI:NL:PHR:1986:AC1904

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 11 maart 1986
Magistraten: Van Der Ven, Bronkhorst, De Waard, Haak, Beekhuis, Remmelink
Zaaknummer: 79013
LJN: AC1904
Vakgebied(en): Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
EU-recht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1986:AC1904, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑03‑1986
ECLI:NL:PHR:1986:AC1904, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑03‑1986
Wetingang: Sv art. 344 lid 1 onder 2°; Sv art. 344 lid 1 onder 4°; Sv art. 359 lid 5; Sv art. 359 lid 6; EVRM art. 6 lid 1; IVBP art. 14 lid 3 onder c

Essentie

1. Redelijke termijn; het hof behoefde niet te doen blijken dat het een onderzoek heeft ingesteld naar de ontvankelijkheid van het OM, nu ter zake geen verweer is gevoerd.

2. Rb. en hof konden een verkeerstechnisch deel van het relaas uit het ambtsedig p.-v. opvatten als een verslag van deskundigen als bedoeld in art. 344 lid 1 onder 4e Sv.

3. Voldoende strafmotivering.

Samenvatting

Ad 1. HR: De processen-verbaal van de terechtzittingen in hoger beroep vermelden niet dat er verweer is gevoerd met betrekking tot de niet-ontvankelijkheid van het OM. In de enkele omstandigheid dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.