NJ 1986, 418
HR, 21-01-1986, nr. 78635
HR 21-01-1986, ECLI:NL:PHR:1986:AC9178, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 januari 1986
- Magistraten
Moons, Van Der Ven, Bronkhorst, Beekhuis, Mout, Remmelink
- Zaaknummer
78635
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AC9178
- JCDI
JCDI:ADS74112:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
EU-recht (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1986:AC9178, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑01‑1986
ECLI:NL:PHR:1986:AC9178, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑01‑1986
- Wetingang
Sr art. 5 lid 1 onder 2°; Sv art. 261; EVRM art. 6 lid 1; IVBP art. 14 lid 3 onder c
Essentie
1. De plaatsaanduiding in de telasteleggingen ‘buiten het Rijk in Europa, in elk geval in Europa’ en ‘in Nederland, Belgie, Zwitserland en/of Engeland, in elk geval Europa’ is voldoende duidelijk. De ontvankelijkheid van de OvJ moet op grond van art. 348 Sv mede onderzocht worden naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting. Niet blijkt dat in dit verband onderzocht is of op de ten laste gelegde feiten straf is gesteld in de landen die op grond van het onderzoek ter terechtzitting moeten gelden als landen waar het ten laste gelegde begaan is.
2. In aanmerking genomen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.