NJ 1986, 199
HR, 10-09-1985, nr. 78419
HR 10-09-1985, ECLI:NL:PHR:1985:AC1590
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 september 1985
- Magistraten
Van Der Ven, Bronkhorst, De Groot, Haak, Beekhuis, Meijers
- Zaaknummer
78419
- LJN
AC1590
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AC1590, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑09‑1985
ECLI:NL:PHR:1985:AC1590, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑09‑1985
- Wetingang
Sv art. 332 lid 2; Sv art. 337 lid 3
Essentie
1. Het systeem van de wet — in het bijzonder de art. 332 lid 2, 336 jo. art. 421 Sv — brengt mee dat de beledigde partij haar vordering in hoger beroep niet kan vermeerderen; de vordering is in zoverre ten onrechte toegewezen.
2. De veroordeling in de kosten, door de beledigde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, berust op het oordeel dat de civiele vordering in wezen is toegewezen; dat oordeel geeft geen blijk van een verkeerde rechtsopvatting met name niet van art. 337 lid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.