NJ 1985, 906
HR, 28-05-1985, nr. 1598
HR 28-05-1985, ECLI:NL:PHR:1985:AC8906, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 mei 1985
- Magistraten
Van Der Ven, De Waard, Jeukens, Haak, Beekhuis, Remmelink
- Zaaknummer
1598
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AC8906
- JCDI
JCDI:ADS145665:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AC8906, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑05‑1985
ECLI:NL:PHR:1985:AC8906, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑05‑1985
- Wetingang
Essentie
Bezwaarschrift tegen de dagvaarding voldoende gemotiveerd afgewezen; er is reeds ‘gebruik waaruit enig nadeel kan ontstaan’ als bedoeld in art. 225 Sr, wanneer het gebruik van een vals geschrift kan bijdragen tot het ontstaan van enig nadeel.
Samenvatting
Hof: Uit het aangevoerde of overigens ter terechtzitting naar voren komende volgt niet dat het hoogst onwaarschijnlijk is, dat de strafrechter later oordelend, door de voor hem geleverde bewijsvoering het ten laste gelegde geheel of ten dele bewezen zal achten of dat (feit) of verdachte strafbaar zal achten.
HR: Het hof kon zonder miskenning van enige rechtsregel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.