NJ 1985, 500
HR, 19-02-1985, nr. 77630//NJPUB1
HR 19-02-1985, ECLI:NL:PHR:1985:AC8708
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 februari 1985
- Magistraten
Moons, Van Der Ven, Bronkhorst, Jeukens, Beekhuis, Leijten
- Zaaknummer
77630//NJPUB1
- LJN
AC8708
- JCDI
JCDI:ADS74106:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1985:AC8708, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑02‑1985
ECLI:NL:PHR:1985:AC8708, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑02‑1985
- Wetingang
Sv art. 350; Sv art. 359 lid 5; Sv art. 359 lid 6
Essentie
1. De weerlegging van het beroep op nietigheid van de inleidende dagvaarding wegens onduidelijkheid van de telastelegging geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting; het oordeel over de vraag of de omschrijving van de ten laste gelegde gedragingen zo vaag is dat verdachte daardoor in zijn verdediging is geschaad, is feitelijk en kan in cassatie niet op zijn juistheid worden getoetst.
2. Het hof heeft de grondslag van de telastelegging niet verlaten door een onderdeel daarvan dat het voor niet-wezenlijk kon houden niet bewezen te verklaren, noch door in de bewezenverklaring minder verduisteringen op te nemen dan waren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.